Gorredijk
Hoe het groeide.......
Kortezwaag was er eerst. Dit boerendorp bestond al in de elfde en twaalfde eeuw. In de zestiende en vooral de zeventiende eeuw nam de vervening een steeds grotere omvang aan. Uit het hoogveen met in onze omgeving moerassige plekken werd voortdurend meer turf gestoken. Deze werd ten dele langs bestaande, natuurlijke waterwegen, maar in meerderheid langs gegraven kanalen naar elders vervoerd. Een en ander leidde tot het ontstaan van een afzonderlijke veenkolonie op het dorpsgebied van Kortezwaag. De kolonie Gorredijk ging steeds meer een eigen leven leiden en sprak op den duur meer tot de verbeelding dan het statische, langzaam insluimerende boerendorp Kortezwaag. Ook al bezaten 21 patriciërs en hereboeren daar stemrecht tegenover Gorredijk nul. Het doorgraven van de Hegedyk omstreeks 1631 wordt beschouwd als het 'beginpunt' van de veenkolonie Gordyk. Op 200 meter verwijderd (ten westen) van waar het grondgebied van Kortezwaag en Terwispel aan elkaar grenzen, ontwikkelt zich een woonlocatie.
Over het gat in de dijk komt een hooghout: een hoog opgebouwd houten bruggetje, waar de turfscheepjes
met gestreken mast onderdoor varen. Ter weerszijden van deze brug worden huizen gebouwd met de voorgevel gericht op de Hegedyk: meteen het trajekt van de Hereweg, later Noordoost- en Zuidwest Dubbele Straat genoemd. In de woningen veelal leveranciers, die hun afnemers in steeds groter getale de vaart zien passeren... aan de walkant afmeren. In de eerstvolgende eeuwen zullen de eerst volgende schippers aan de vaste wal hun bedrijf voortzetten: de Kalverboer's in het door hen in 1756 gebouwde zakenpand 'De Twee Gebroeders' later de potschippers van Ooijen en Rudolphy, wat eerder vervener Hendrik Hendriks van Dam en de voorvader van Frederik de Jong, later direkteur van de Kannefabryk. Gedurende lange jaren heeft vlak bij de Hoofdbrug een bakkerij op de hoek gestaan (nu De Vergulde Turf). Er verrezen winkels, waaronder enkele met scheepsbenodigheden, werfjes, brouwerijen, natuurlijk kroegjes en in het dorpscentrum ook logementen. Al in 1633 wordt op de plaats waar nu de Vrolijke Keizer is, herbergier Theunis Jans genoemd. Deze herberg heet later 'De Roomse Keizer' ook wel 'Het Wapen van Friesland'. Er schuin tegenover stond logement 'De Rode Leeuw' In een wat latere fase worden de wallen bebouwd, de Molenwal het laatst, omdat het terrein daar het laagst was en de wateroverlast dus het grootst. Gorredijk heeft vanaf 1683 zijn eigen Nederlands Hervormde Kerk en mag vanaf 1694 elke woensdag een voorjaars en najaarsmarkt houden. In 1880 worden er in Gorredijk nog 14000 schepen heen en weer geschut:het resultaat van een natuurlijke groei dankzij'het zwarte goud'.Vooral na de ontsluiting van de Zuidoosthoek van Friesland in 1758 door het aanleggen van de Nijewei, bloeide de handel op, kwam er een graanmarkt van betekenis. Bekend is dat de wagens met boekweit 's woensdags lange files vormden, een drukke botenhandel, drie leerlooierijen, kalkovens en meer bedrijvigheden. In 1880 bedraagt het aantal inwoners 1776. In Kortezwaag woonden in 1839 al niet meer dan 576 personen. In 1962 wordt Kortezwaag door Gorredijk geannexeerd, zij het dat de nieuwe conglomeratie eerst, om de pijn wat te verzachten, Gorredijk-Kortezwaag heet. Van 1965 af luid de officiële benaming van het oude en het jonge dorp officieel Gorredijk.
Het inwonerstal had sindsdien het volgende verloop:
1965~ 4410
1969~ 4994
1971~ 5000
1973~ 5477
1990~ 6489
1992~ 6467
1993~ 6479
2007~ 7054
2008~ 7249
2009~ 7360
2010~ 7389 (peildatum 01-01-2010)
2011~`7430
2012~`7365
2013~`7355
GORREDIJK, Gooredijk, Goeredijk of Gordijk, vlek, prov. Friesland, kw. Zevenwouden, griet. Opsterland, arr. en 2 1/2 u. N. O. van Heerenveen, kant. en 1 1/4 u. Z. van Beetsterzwaag, 1/2 u. Z. W. van Lippenhuizen.
De naam van dit aanzienlijk, met vele fraaije huizen versierd vlek is ongetwijfeld zamengesteld uit Goor of Gor en dijk, waarvan het eerste oudtijds eene moerassige plaats betekende, gelijk ook de vaartbnaar buiten, op oude kaarten, den naam van Gorsloot draagt. Dit vlek, hetwelk, voor ongeveer 300 jaren, op een gedeelte der gronden van de dorpen Kortezwaag, Terwispel en Lippenhuizen gebouwd is, en aanvankelijk ook eene uitbuurt van het d. Kortezwaag uitmaakte, is gedeeltelijk omringd van eene gracht, die eenigzins naar de wijze van eene verschansing gegraven is, en voormaals zeker behoord heeft tot de versterking, in het jaar 1672, tegen den inval der Munsterschen, rondom dit vlek aangelegd. De h., welke hier 280 in getal zijn, zijn gebouwd in de gedaante eener dubbele kruisbuurt, waarvan de eene streek, ter wederzijden der vaart of Gorresloot geplaatst, in het midden regthoekig doorsneden wordt door de tweede, welke aan den rijweg gebouwd is, en met eene brug, waarboven het wapen van Opsterland prijkt, over de gemelde vaart loopt. In dit vlek wonen ruim 1700 inw. Het is in de laatste 200 jaren, aanmerkelijk in bloei toegenomen door de omliggende veenderijen, die gedeeltelijk reeds in wei- en korenlanden zijn veranderd; er wordt veel handel gedreven; ook vindt men er nog groote veenbazen, alsmede 2 korenmolens, 1 houtzaagmolen, 1 eek- en volmolen, 2 kalkbranderijen, 2 scheepstimmerwerven, 3 branderijen, 3 leerlooijerijen, 1 lijnbaan, enz. Tweemaal in het jaar wordt hier eene jaarmarkt gehouden, en eens ter week eene weekmarkt, te weten Woensdags, als wanneer hier veel handel in rogge, boekweit enz. gedreven wordt. De handel is hier niet weinig toegenomen, nadat er, in het jaar 1758, eene nieuwe brug over de Compagnonsvaart, en daarover eenen rijweg van Heerenveen herwaarts is aangelegd, waarop met alleen de handel met die van Schoterland en Stellingwerf-Oosteinde, maar ook met de inwoners van Drenthe zeer is toegenomen; hebbende het graven van de Smildervaart, het evenwel aanmerkelijk schade toegebragt.
Het wapen van Gorredijk
Dit belangrijke dorp in Opsterland heeft een oud wapen, waarschijnlijk stammend uit de 18de eeuw, de tijd van opkomst en bloei van het dorp door de vervening. Waarschijnlijk heeft een familiewapen model gestaan. Dit wapen met de Friese halve adelaar en drie eikels zonder blaadjes, werd en wordt nog steeds gevoerd door veel families in deze streek van Friesland. De eikels duiden op het bezit van bos. Een heel belangrijke familie voerde beide elementen van dit wapen, namelijk de familie van Teyens, die ook bezittingen had in de veengebieden rond Gorredijk. Het wapen bestaat uit een halve zwarte adelaar naar links kijkend, komende vanuit de deellijn met een gouden achtergrond. Het tweede gedeelte bestaat uit drie paalsgewijs geplaatste eikels met schuin links opgaande steel met elk twee bladeren, allen in goud en met een zwarte achtergrond. Op het schild een gouden kroon met drie bladeren en twee parels.
Dorpsvlag Gorredijk
In de dorpsvlag wijst de driehoek op de grondsoorten en op de naam "Gorredijk". De plaats ligt aan de oostrand van een groot veengebied, dat zich uitstrekt van Murmerwoude tot voorbij het Tjeukemeer. Gorredijk ligt dan enigszins in een uithoek, uitbuigend naar het oosten en ophoudend tussen Gorredijk en Lippen-huizen. Die uithoek nu wordt uitgebeeld door de driehoek. Er is ook sprake van een dijk door het veen en dit wordt gewoonlijk uitgebeeld door een driehoek, staande op de stokzijde, ook wel hijs- of broekzijde van de vlag genoemd. Zwart is in de wapenkunde de gebruikelijke kleur voor veen en geel die voor het zand waarin de uithoek van Gorredijk vooruitsteekt. De driehoek loopt uit op een schansdwinger, herinnerend aan de tijd waarin Gorredijk door een schans werd ingesloten. Dijken en schansen hebben bovendien dezelfde functie: Verdediging tegen wat buiten is. Het schansbeloop is groen, wat de natuurlijke begroeiing met gras aangeeft. In het zwart vinden we de drie eikels en drie eikenbladeren uit het wapen terug, om en om geplaatst in een zogenoemde "zespas". Het deel in het wapen met de eikels is kenmerkend voor Gorredijk, de adelaar niet, want die komt in vele Friese wapens voor. De kleuren zwart en geel zijn ontleend aan het wapen. Hoe kleur je nu de vlag? De vlag is geel met een groen schansbeloop. Binnen de schans is de vlag zwart en de zes pas is geel. Plaatselijk Belang heeft in september 1998 de vlag voor Gorredijk goedgekeurd. De vlag is te koop bij het streekmuseum, hoofdstraat 59 in Gorredijk.