IJssterren van Hâldmoed
Door Anne Veenstra
Voor de samensmelting eind vijftiger jaren van de vorige eeuw van Gorredijk en Kortezwaag waren de “Koartsweachsters” bijzonder trots op hun dorp en alles wat daar mee te maken had. Het school- en volksfeest,de toneelclub “ Ienfâld en Freonskip”, de korfbalclub O.D.K. en de ijsbaan van Hâld Moed waren niet voor niets in de verre omgeving bekend. Ik weet wel haast zeker dat meer dan 90 % van de inwoners lid of donateur van deze verenigingen waren. Bij het school- en volksfeest, dat eens in de twee jaar een heel weekend werd gevierd, zat op de zaterdagavond de feesttent barstensvol. Maar dan werd er ook iets geboden! Niet alleen Tetman en Jarich met “De tiid hâldt gjin skoft” maar ook de Dutch Swing Collegeband o.l.v. Peter Schilperoord trok honderden mensen naar dat nietige dorpje aan de Opsterlandse Compagnonsvaart. De organisatoren lieten meer dan eens zien waar een klein dorp groot in kan zijn! Ook “Ienfâldt en Freonskip” had niet genoeg aan één avond om de honger naar goed toneel bij veel liefhebbers te stillen. Zowel op zaterdag- als zondagavond puilde de feestzaal op het Easterein uit. Daarnaast gingen de Koartsweachster acteurs nog naar veel dorpen in de wijde omgeving om ook daar hun kunsten te vertonen.
Hier een paar foto’s van een toneeluitvoering in café Lingsma omstreeks 1960. Op de linker foto staan Wiebe Lageveen, Sytske de Vries en mevrouw Veenstra, echtgenote van brandstoffenhandelaar Geert Veenstra. Op de andere foto staan v.l.n.r. Hendrik (Bras) Veenstra, mevrouw Veenstra, Sietske van der Meulen de Jong, Sytske de Vries, Eddy van der Meulen, Geertje Stoelwinder, kapper Anne van der Muur (grimeur) en daarvoor Froukje Slof, Wiebe Lageveen, regisseur mevrouw Teyema en Annigje Dijkstra Kluitenberg. Vooraan zitten Jelle Stoelwinder en Tinus Dijkstra. Jelle verzorgde met een partner ook nog vaak de dansmuziek van het bal na. Wie niet met hun aanbod op stap hoefden waren de bestuursleden van Hâld Moed. Op de foto staan de keurmeesters Klaas Akkerman, Jelle Stoelwinder, Andries Jongsma en Willem de Vries en de bestuursleden Euwe Nijboer, Abele de Vries, Binne Houwing, Piet Jongsma en Jeen de Jong. Ernaast Ekke Foppes , Anne Veenstra, Geertje, Rika en Greta Stoelwinder in de vijftiger jaren.
In vorstperiodes was het ’s avonds en ’s zondags een drukte van belang op de altijd gezellige ijsbaan. Honderden zwierden en zwaaiden over het ijs onder het genot van de vrolijke muzikale klanken, die via de luidsprekers over het ijs schalden. Lammert, Tinus, Annigje en Griet zorgden er in het “ijshokje” (kantine) met hun koek en sopie voor dat de inwendige mens ook niet werd vergeten. Ook was het erg druk als kortebaanvedetten als Jan Heitbrink, Jan Pomper, Ike Nienhuis en Martha Wiereinga streden om de vette geldprijzen. Langebaan coryfeeën als o.a. Jeen van der Berg, Jan Charisius en Theo Dijkstra brachten ook veel toeschouwers naar het schaatswalhalla tussen Dwarsvaart en Lijkweg. Jeen van der Berg vestigde er zelfs eens een nieuw Nederlands record op de 3000 meter, waarna agenten opdracht kregen om te meten of er het juiste aantal meters was gereden! Het klapstuk was het optreden op zondag 26 februari 1956 van Sjoukje Dijkstra, de latere Europees, Wereld – en Olympisch kampioen kunstrijden. O.a. met behulp van het warme water van de zuivelfabriek in Jubbega, was er een stukje ijsvloer geprepareerd dat zijn weerga niet kent. Duizenden toeschouwers omzoomden dat fraaie stukje ijs en genoten van de kunsten van Sjoukje!
Sjoukje | Jeen |
Er wordt verteld dat de Kortezwaagsters Johannes Koelma en Otte Abeles de Vries na een schaatstochtje even, zoals zo vaak, de benen strekten achter de kachel bij café Lingsma. Toen kwam de vraag naar voren of het mogelijk was om een ijsbaan te exploiteren in Kortezwaag. Na wat gepraat werd besloten stappen in die richting te ondernemen.
Er werd een advertentie geplaatst met een oproep om op een vergadering te verschijnen. Daar kwamen 19 mensen op af en op een vergadering van Plaatselijk Belang tekenden 45 mensen op een lijst, die met hetzelfde doel instemden. Zo werd op 21 november 1919 de ijsclub Hâld Moed opgericht. Vooreerst nog zonder ijsbaan, maar op de vaart en op de Tsjinwyk worden wel wedstrijden georganiseerd. Niet allen voor schaatsers maar ook voor de in die tijd populaire arrensleeën.
Helemaal links de 7-jarige Arjen de Vries, de latere bakker bij de brug
Een kleine ijsbaan komt er in 1929 tussen de Dwarsvaart en de Lijkweg en op 8 februari 1931 kan de nieuwe, van verlichting voorziene ijsbaan ingewijd worden. Ook nu is de ijsbaan nog op dezelfde plek, zij het dat de veel oudere ijsclub Eendracht uit Gorredijk sinds 16 december 1968 is gefuseerd met Hâld Moed. Het bleef niet alleen bij wat rondjes rijden op de ijsbaan, maar een aantal sportievelingen ontdekte dat er wat te halen was met schaatsenrijden. Het werden “hurdriders”. Kort voor en na de Tweede Wereldoorlog waren de “pearkeriders” Hilbrand Rudolphy en Corrie de Vries Westerhof rondom bekend en ook de namen Rink en Arjen de Vries, Marinus van Dijk en Roelke Bergsma stonden in de uitslagen van de wedstrijden in de Friese Koerier, Nieuwsblad van Friesland en De Woudklank. Vanaf de vijftiger jaren treffen we daarin ook de namen van Auke en Daatje Jongsma (samen met Andries de Jong een “pearke”), Jan Houwing, Gerrit de Vries, Anne Veenstra en Anne Brouwer. De bekendste was wel Tine de Vries van de Hegedyk, die op 26 februari 1955 zelfs kampioen van Nederland werd. Aan haar wijd ik de volgende keer mijn hele aflevering.
Zij hebben de krant nooit gehaald, de twee illustere “Koartsweachsters” Wiebe Bleeker en Theun van der Brug. Toch schreven zij historie tijdens een jaarwisseling eind vijftiger jaren. Onder het genot van de oudejaarsborrel en oliebollen smeden zij het plan om elkaars krachten te meten op de schaats zodra het nieuwe jaar begon. Toen heel veel dorpsgenoten uit hun huizen kwamen om elkaar een gelukkig nieuwjaar te wensen haalden Wiebe en Theun hun“ houtsjes” uit het vet. De gebroeders Lammert en Tinus Dijkstra beschikten als kantinebeheerders over de benodigde sleutels en weldra stonden Wiebe en Theun op de startstreep van de verlichte ijsbaan van Hâld Moed. Wie uiteindelijk de snelste was zal voor eeuwig een raadsel blijven, want vrijwel direct na het startschot begaven de hakleren van de lang niet gebruikte Friese doorlopers van Theun het. Hij smakte na een aantal vreemde capriolen onder een hilarisch gejuich van de toeschouwers tegen het ijs. Gelukkig hield hij niets aan de val over en kon er nog gezamenlijk een nieuwjaarsborrel worden gedronken!